Veel boten en windmolenbladen zijn gemaakt van niet-recyclebaar kunststof, zogenaamde thermoharders. Uit een onderzoek dat Hogeschool Windesheim samen met NJI en Bootjessloperij Het Harpje uitvoerde blijkt dat deze thermoharde composiet toch herbruikbaar is. Namelijk als versterkend element in nieuwe producten.
Dit onderzoek volgde op twee eerder uitgevoerde onderzoeken in het kader van hergebruik van thermoharde composieten. Het eerste onderzoek, ‘Onderzoek van afvalproductsoorten’ heeft zich gericht op het in kaart brengen van de composiet afvalstromen in Nederland. In het tweede onderzoek, ‘Onderzoek naar mogelijke producten en toepassingen’ is onderzocht welke producten en toepassingen het meest geschikt zijn voor hergebruik van thermoharde composieten.
In het onlangs afgeronde onderzoek onderzochten de samenwerkende partners met studenten van Hogeschool Windesheim in een KIEM-VANG-onderzoeksproject hoe je thermoharde vezelversterkte kunststoffen afkomstig uit oude polyester boten en afgedankte rotorbladen van windmolens opnieuw kunt inzetten. Speciale focuspunten waren het verkrijgen van versterkingselementen uit grote composiet afvalproducten en de bijdrage die deze uit afvalcomposiet versterkingselementen kunnen leveren op de sterkte en stijfheid van een nieuw composiet product. In speciale proefopstellingen werden op met afval composiet versterkte kunststof proefplanken belasting en buigproeven uitgevoerd. Daarbij varieerde telkens de bron, de grootte en de voorbehandeling van de uit composiet afval verkregen verstevigingselementen. Bij de afgedankte rotorbladen viel overigens op dat deze vaak helemaal nog niet versleten zijn er sprake is van relatief schoon afval. Maar veel kleine windmolens maken plaats voor grotere exemplaren met een hogere energieopbrengst.
Ook keken de studenten naar toepassingsmogelijkheden voor hergebruik en de daarbij in acht te nemen voorwaarden voor het composiet verstevigingmateriaal. Het materiaal voor hergebruik mag niet te klein zijn. Dan biedt het veel stevigheid en kan het dienen als versterkend element in nieuwe producten. Op die manier kun je er zware, stevige dingen mee maken. Die komen vooral van pas komen in de grond-, weg- en waterbouw. Denk aan stempelschotten, de platen onder de poten van een hijskraan. Of aan schotten / planken voor oeverbeschoeiing. Daarvoor wordt nu vaak tropisch hardhout toegepast. Wanneer deze kunnen worden vervangen door uit composiet afval vervaardigde kunststof delen, levert dat niet alleen een substantiële bijdrage aan de afvalproblematiek voor thermoharde kunststoffen, maar kunnen hiermee ook onze tropische regenwouden worden ontzien.
Een geheel andere toepassingsmogelijkheid is de uit geperste en verlijmde houtsnippers vervaardigde OSB panelen die grootschalig in de bouw worden toegepast. Dergelijke panelen zijn gevoelig voor intrekkend vocht en kunnen daardoor niet in natte omstandigheden worden toegepast. Wanneer de houtsnippers worden vervangen door composietafval zijn dergelijke panelen wel vocht bestendig.
De volgende onderzoeks uitdaging is nu om de productie van met behulp van kunststof afval vervaardigde kunststof planken en panelen verder op te schalen en aan de markt hiermee een bedrijfseconomisch interessant alternatief te bieden voor minder duurzame materialen.